Waarom de hulp van adviseurs onmisbaar is bij het aanvragen van een subsidie

Afgelopen najaar kregen zowel Odd.Bot als SolarDew een grote subsidie en vervolginvestering vanuit het EU-programma ‘European Innovation Council Accelerator’ (EIC-accelerator). Het binnenhalen van subsidies kan complex zijn. Om deze financiering te bemachtigen, kregen Odd.Bot en SolarDew hulp van het ImpactCity programma Grants for Impact (voorheen: Make Impact, Get Funding). We praten met Alexander van der Kleij van SolarDew en Martijn Lukaart van Odd.Bot hoe ze dit voor elkaar hebben gekregen en wat hun plannen zijn met het geld.

Martijn: “Subsidies zijn in deze fase van ons bedrijf heel erg essentieel. Het is de laatste stap naar de markt. We merken dat private investeerders het liefst pas gaan investeren als wij omzet kunnen laten zien. De subsidie helpt ons om ons product versneld naar de markt te brengen. Daarna zijn we investor ready voor Venture Capital.”

Alexander beaamt dat: “Ook wij merken dat geld ophalen bij investeerders lastig is als er nog geen sprake is van omzet. Een subsidie kun je daarom perfect inzetten om omzet te gaan genereren en interessant te worden voor investeerders.”

Alexander: “Voor zo’n traject heb je een lange adem nodig. In ons geval hebben we in 2020 al onze eerste aanvraag ingediend. Inschrijven voor het programma doe je digitaal. Dit is een ontzettend complex geheel, met een lastige interface. Ik denk serieus dat we wel 180 A4-tjes tekst hebben ingeleverd. We hebben de subsidie toen niet gekregen, maar kregen wél een hoge score. In 2021 hebben we opnieuw een aanvraag ingediend. We kregen toen een ‘seal of excellence’. Dat betekent dat onze aanvraag goed was bevonden. Uit de vele aanvragen werden we toen echter niet uitgekozen. In juni 2022 hebben we opnieuw een aanvraag ingediend en kregen we een subsidie toegekend.”

Martijn: “Dit is heel herkenbaar. Ook wij hebben meerdere keren een aanvraag ingediend voordat we financiering binnenhaalden. We kregen bij de afwijzingen overigens wel valide feedback. Zo kregen we terug dat we ons moeten richten op onze kerncompetenties. Dat heeft er onder andere toe geleid dat we ons nu puur focussen op onze applicatie om onkruid te detecteren en te verwijderen. De bouw van de robot zelf laten we nu aan anderen over; dat is niet onze belangrijkste USP.”

Martijn: “Het EIC-platform om subsidies aan te vragen is best ingewikkeld. Het is dan ook ontzettend waardevol dat de subsidie-adviseurs van Balance met ons meedachten bij het indienen van onze aanvraag: we zouden anders hoogstwaarschijnlijk belangrijke stappen hebben overgeslagen! Balance heeft ons bovendien geleerd om in onze subsidieaanvraag de ‘sweet spot’ te vinden tussen ambitie en realiteit. Ambitieus zijn is goed, maar de haalbaarheid van je plannen is minstens zo belangrijk. Door hun feedback leerden we waar de EIC jury op let bij het beoordelen van subsidieaanvragen.”

Alexander vult aan: “Het is inderdaad bijna onmisbaar om een adviseur te hebben die begrijpt hoe de EU denkt. Alleen dan kun je de goede dingen opschrijven. Zo merkten wij bijvoorbeeld dat wij risico’s heel anders zien dan de EU. Het leek ons goed om verschillende partners te betrekken bij de fabricage om zo risico’s te spreiden, investeringen laag te houden en flexibel te blijven. De EU zag hierin juist een te grote afhankelijkheid van verschillende partners.

Daarnaast kennen de subsidie-adviseurs de processen. Heel waardevol, want deze zijn écht niet altijd even helder. Zij hebben ons vaak moeten wijzen op logische stappen in het proces die we anders niet opgemerkt zouden hebben.”

Alexander: “Denk goed na voordat je hieraan begint. Realiseer je dat een aanvraag indienen voor het EIC-programma veel tijd kost. Kijk daarom -samen met de adviseurs- ook eens naar andere subsidies waar zij binnen het Grants for Impactprogramma bij kunnen helpen: deze zijn wellicht wat minder complex.”

Ook Martijn ziet de tijdsinvestering als één van de belangrijkste aandachtspunten. “Voordat je met dit hele traject gaat beginnen, zou ik echt een heel goede afweging maken. Natuurlijk krijg je onmisbare hulp van adviseurs, maar de inhoudelijke input moet je toch écht zelf leveren.”

Alexander voegt hier nog aan toe: “Er gaat veel tijd overheen voordat je weet dat je een subsidie krijgt toegekend. Een EIC-financiering kent weinig flexibiliteit. Als je vooraf hebt gezegd dat je een bepaald bedrag aan X gaat besteden, kun je het niet zomaar aan Y uitgeven. Dat moet je dan aanvragen via een officieel proces Dat is voor een startup soms lastig, zeker omdat je met iets innovatiefs bezig bent en je de koers soms moet wijzigen. Ook heb je veel administratieve verantwoordelijkheden.”

Alexander: “We gaan de investering gebruiken om het product klaar te maken voor fabricage om vervolgens een eerste serie te fabriceren. De producten gaan we dit jaar toepassen in twee demonstratieprojecten op verschillende locaties in de wereld. Zo gaan we in de praktijk demonstreren dat onze WaterStations technisch en commercieel klaar zijn om naar de markt te brengen. In 2024 willen we de WaterStations commercieel lanceren.

Martijn: “We gaan deze investering gebruiken om ons derde prototype, de ‘Weed Whacko’-robot, versneld naar de markt te brengen. We gaan de robot in 2023 beschikbaar stellen aan akkerbouwers die deelnemen in het voorlopersprogramma. Samen met hen gaan we de robot doorontwikkelen. Wij verwachten dat we in 2024 de eerste pre-orders voor de robots kunnen gaan aannemen.”